-
1 daarover is het laatste woord nog niet gesproken
daarover is het laatste woord nog niet gesprokenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > daarover is het laatste woord nog niet gesproken
-
2 woord
1 word♦voorbeelden:1 in woord en beeld • in pictures and text, with an illustrated description (of)een woord van dank • a word of thanksop mijn woord van eer • on my word of honourmet andere woorden • in other wordsgevleugelde woorden • winged/famous wordsgeen goed woord voor iets over hebben • not have a good word to say about somethingzij heeft maar een half woord nodig • she can take a hint〈 figuurlijk〉 het hoge woord moest eruit • the truth had to be told/come out, he 〈enz.〉 had to come out with ithij moet altijd het laatste woord hebben • he always has to have the last worddaarover is het laatste woord nog niet gesproken • 〈 daar horen we nog meer over〉 we haven't heard the last of that; 〈 dat is nog niet beslist〉 I haven't had my final say in the matterhet verlossende woord spreken • save the situation (by saying something)vieze woorden • dirty words, four-letter wordsiemand aan zijn woord houden • keep/hold someone to his word/promisehet woord doen • do the talkinghet woord geven aan • hand/give the floor over tozijn woord geven • give one's wordiemand de woorden uit de mond halen • take the words right out of someone's mouthzijn woord houden • keep/be as good as one's wordhet woord is aan u/u hebt het woord • the floor is yours/you have the flooriemand de woorden in de mond leggen • put words into someone's mouthhet woord tot iemand richten • address/speak to someoneiemands woorden verdraaien • twist someone's wordshet woord voeren • speak, be/act as spokesperson/spokesmanlaten we er geen woorden meer aan vuilmaken • we'll say no more about itniet veel/geen woorden aan/over iets vuilmaken • not waste words/one's breath on somethingzijn woorden (op een goudschaaltje) wegen • weigh/choose one's words (carefully)iemand aan het woord laten • allow someone to/let someone finish (speaking/talking)niet in woorden uit te drukken • beyond words, defying descriptionin woord en geschrift • in speech and in writing/printmet geen woord over iets reppen • not say/breathe a word about somethingmet/in één woord • in a word, in sum/shortiets onder woorden brengen • put something into wordsik geloof u op uw woord • I take you at your word/your word for itop zijn woorden letten • be careful about what one saysiemand te woord staan • speak to/see someoneniet uit zijn woorden kunnen komen • not be able to express oneself, fumble for wordsiets woord voor woord navertellen • repeat something word for word/verbatimergens geen woorden voor hebben • have no words for somethingdat is geen woord te veel gezegd • that's putting it/things mildlyer geen woord tussen kunnen krijgen • not be able to get a word in (edgeways)met twee woorden spreken • ±be politeze heeft het niet met zoveel woorden gezegd, maar … • she didn't say it in so many words, but …woorden schieten te kort om … • words are not adequate to …; 〈 ook〉 words fail me! -
3 meer
meer1〈 het〉1 lake♦voorbeelden:de Friese meren • the Frisian lakes————————meer2I 〈 bijwoord〉2 [veeleer] more, rather4 [met ontkenning] anymore, no more, (any) longer5 [vaker] more (often)♦voorbeelden:meer lang dan breed • longer than widermeer of minder • more or lessdes te meer • all the more (so)hij is weinig meer dan … • he is little more/else than …meer en meer • more and more, increasingly2 hij is niet boos, hij is meer verdrietig • he is more sad/sad rather than angry3 wie waren er nog meer? • who else was there?niet meer zijn • be no more/longerdat is niet meer dan redelijk • that is only reasonableniet meer of minder • neither more nor lessik weet het niet meer • I don't know anymore/don't rememberzij is geen kind meer • she is no longer a childik wil er geen woord meer over horen • I don't want to hear another word about ithij had geen appels meer • he had no more/was out of appleszij had geen geld meer • she had no money leftsteeds meer • more and morewel meer • more often, frequently¶ ik kan niet meer • I can't go on anymore/take any morenooit meer! • never again!II 〈 bijvoeglijk naamwoord〉♦voorbeelden:¶ wat meer is • what's more, moreover————————meer31 more♦voorbeelden:tien gulden of meer • ten guilders or moremeer loon • higher wageswat kan ik nog meer doen? • what else can I do?steeds meer • more and moreonder meer • among others/other thingszonder meer • 〈 zomaar〉 simply, just like that; 〈 beslist〉 naturally, of course; 〈 meteen〉 right away(dat is) zonder meer waar/een feit! • (that's) absolutely true/an absolute fact!meer dan eens • more than once
См. также в других словарях:
Grammaire néerlandaise — le contexte de l article peut être trouvé dans les articles suivants : Grammaire et Néerlandais. Sommaire 1 Morphologie 1.1 Le déterminant 1.2 L article 1.2.1 Het ou … Wikipédia en Français